De polarisatie in de samenleving is merkbaar. Steeds vaker zien we in het publieke debat en zelfs in de publieke ruimte groepen mensen tegenover elkaar staan. In de VS lijkt de kloof tussen Democraten en Republikeinen dagelijks te verdiepen. Maar ook in Nederland zien we animositeit tussen bijvoorbeeld klimaatdrammers en -ontkenners, tussen wappies en schapen, tussen milieugroeperingen en boeren.

Social media platformen zijn hier debet aan. Het is voor kwaadwillenden een zeer lucratief business model om fake news te verspreiden (leestip: Antisocial) en daarmee clicks te genereren. Mensen verdienen geld (heel veel geld!) door complotfilmpjes op YouTube te zetten waar veel mensen op klikken. Het probleem zit hem in het feit dat vervolgens veel mensen geloven wat ze in het filmpje wordt verteld en daarnaar handelen.
We moeten erover nadenken hoe we van online gecreëerde tegenstellingen af komen. De impact op onze samenleving is gigantisch. We kunnen dit deels aanpakken door wetgeving op individuen te richten. Bijvoorbeeld: niet alleen opruiing moet strafbaar zijn, ook consequent desinformatie verspreiden moet dat worden.
Een andere heilzame weg is wetgeving die zich richt op de platformen waar de polarisatie ontstaat.
Eind vorig jaar is er door de EU wetgeving aangenomen die grote invloed gaat hebben op de technologiesector, met name op platformen die gebruik maken van content die door gebruikers wordt gemaakt. Waaronder de Digital Services Act (DSA).
Europa staat al langer bekend als het beste jongetje van de klas als het gaat om het beschermen van de data van haar inwoners. En hoewel beperkingen aan datagebruik innovatie in de weg kunnen staan, wordt de nieuwe Europese wetgeving die nu in effect gaat treden gezien als een lichtend voorbeeld voor andere continenten en landen over hoe je met wetgeving op het gebied van technologie om moet gaan.
De DSA gaat over digitale veiligheid en over de transparantie van tech bedrijven. Hiervoor zijn alle grote tech platformen ingedeeld in categorieën op basis van hun omvang. Hoe groter het platform, hoe strikter de eisen aan transparantie en regulering.

De grootste platformen (zoals YouTube, TikTok, Google en Snapchat) worden nu verplicht om de risico’s op hun platformen in kaart te brengen. Zoals de kans op illegale content of de manipulatie van verkiezingen (ik noem verder geen namen over welk platform dit zou kunnen gaan…). Zij moeten hierbij plannen overleggen over hoe zij deze risico’s het hoofd bieden. En deze werkwijzen worden verplicht extern geaudit. Ook kleinere platformen moeten dit soort acties doen, maar hierbij zijn de kaders wat minder strikt.
Met deze wet komt een einde aan de zelfregulering door de tech bedrijven, die op zijn zachtst gezegd niet altijd even streng was. Wat niet heel vreemd is; als de slager zijn eigen vlees keurt, is een klein vies plekje zo weggewerkt. En als ik van mijn vrouw moet stoffen, laat ik de bovenkant van de kast lekker zitten want daar kan ze toch niet bij.
De hoop die de wetgever heeft met de DSA, is dat de maatschappelijke risico’s van big tech platformen het hoofd worden geboden. Zoals haatzaaien, misinformatie en geweld.
De polarisatie in de samenleving is door velen geconstateerd. In Europa hebben we een historie met polarisatie, met (wereld)oorlogen als wrang bewijs ervan. De historie die we nu vanuit de EU proberen te schrijven, is juist het verminderen van de polarisatie. Zodat we mild, goed geïnformeerd en geweldloos duurzaam kunnen samenleven. Lang leve deze nieuwe EU wetgeving!

Geef een reactie